over : across 越过om : around 围绕 Ze springt over de doos她跳过了这个箱子 Ze rent om de doos她绕着这个箱子跑 in : into 进入uit : away 离开Ze kruipt in de doos她爬进了这个箱子 Ze kruipt uit de doos她爬离了这个箱子 voor : in (the) front 在前面in : in 里面 Ze staat voor de doos她站在这个箱子前面 Ze zit in de doos她坐在这个箱子里 van...af : off 从...上移开naast : near 附近 Ze springt van de doos af 她从这个箱子上跳了起来 Ze staat naast de doos她站在这个箱子附近 op : up 在上面achter : behind 在后面 Ze staat op de doos她站在这个箱子上面 Ze staat achter de doos她站在这个箱后面 binnen in : inside (完全)在里边onder : under 在下面 Ze zit binnen in de doos她坐在这个箱子里面 Ze staat onder de doos她站在这个箱子下面 * in 和 binnen in 的主要区别在于:如果一个东西完全被别的东西包围,完全在里面,或者从外面看不出来里面有东西就用binnen in; 如果想要更加强调一个东西在别的东西里边也用binnen in。 tussen : between/among 在...之间 Ze zit tussen de dozen (in)她坐在这(两个)箱子之间 * 与英语中between 和 among不同的是,在荷兰语中只要物体大于等于2的时候,都可以用tussen表达在...之间 door : through 穿过 Ze kruipt door de doos她爬着穿过这个箱子 以上就是小明菌今天要讲的方位介词啦,宝宝们都学会了吗? 快跟着下面几张图来一起练习下吧: De hond is ... ... het hondenhok De kat is ... ... het bed De teddybeer is ... ... de tafel 怎么样~大家有没有发现荷兰语的方位介词并没有那么难呢?希望今天的内容对你有帮助哦~